oboi d'amore
De oboe d'amore is een wat wonderlijk lid van de hobo-familie. Door de boring, maar vooral ook door de afwijkende beker, voelt en klinkt het instrument meer gesloten dan de gewone hobo, de oboe da caccia en de tenorhobo of taille de hautbois. Voor mij is dit instrument een bewijs dat in die tijd de hoboïsten niet achterin het orkest zaten of stonden: de klank van het instrument valt daar veel te veel weg. Toch is dit instrument beslist een verrijking voor het instrumentarium. J.S. Bach gebruikte het heel graag. Het klinkt milder dan de hobo.
De beker wijkt onder andere af door de ui-vorm, waarin de inwendige holte de uitwendige vorm volgt (fors vernauwend dus naar het uiteinde) en de afwezigheid van resonantiegaten. Dergelijke bekers komen we heel zelden op andere hobo's tegen -alleen op een paar nog lagere instrumenten. En later standaard op de engelse hoorn.
De oboe d'amore klinkt een kleine terts lager dan de gewone hobo.
Ik bouw enkele modellen: copieën van oboi d'amore van:
juist voltooide beker